Bijdrage omge­vings­visie

Agendapunt 10 Omgevingsvisie, AB-vergadering 9 juli 2019

Dank u voorzitter,

Onze fractie kan zich in grote lijnen vinden in de bestuurlijke reactie op de ontwerp-omgevingsvisie. Een paar thema's zouden we nog aangescherpt willen zien.

Bij de kaders voor het waterpeil willen wij graag zien dat bij de vaststelling van het waterpeil waar mogelijk de natuurlijke waarden leidend zijn. Functie volgt peil moet de norm zijn in plaats van andersom. In de huidige situatie is er sprake van een lappendeken van verschillende waterpeilen met 1 grote gemene deler: de landbouw wordt maximaal gefaciliteerd met veel te lage waterpeilen op kosten van de belastingbetaler.

Daarnaast veroorzaken de lage waterstanden ook indirecte maatschappelijke kosten die ook ten laste van diezelfde belastingbetaler komen, in plaats van de vervuiler, te weten de agrarische sector. Voorbeelden van maatschappelijke kosten zijn verdroging van natuurgebieden, extra versnelde uitstoot van broeikasgassen in het veenweidegebied, muizenplagen, de bijdrage aan de afname van de biodiversiteit en de verzakking van huizen in combinatie met paalrot in het Veenweidegebied. Dat laatste zal je maar overkomen!! Klap op de vuurpijl is de opvatting van het Provinciale CDA, opgetekend door journalisten van de Leeuwarder Courant die het CDA enige tijd gevolgd hebben in het formatieproces. De verzakking van de bodem is een natuurontwikkeling, stelt de fractie eensgezind. Dat mag zo zijn, maar de versnelling daarvan als gevolg van een te laag waterpeil komt toch echt door menselijk handelen. En vervolgens wordt gesteld dat de getroffen eigenaren niet hoeven te rekenen op een schadevergoeding. Was dit soort politiek ook niet in Groningen decennia lang de praktijk ? Het peil moet omhoog dus, niet alleen in de bodem, maar ook in de omgevingsvisie zelf.

Een tweede punt is de verzilting, ook zo'n natuurverschijnsel dat versneld wordt door menselijk handelen. In dit geval wordt de agrarische sector getroffen, dus dan moet wel alles uit de kast om de effecten zoveel mogelijk tegen te gaan. De Partij voor de Dieren vindt dat dweilen met de kraan open. Wij zijn tegen een beleid dat niet effectief is, maar wel hoge kosten met zich meebrengt. En dat terwijl er goede alternatieven zijn die ook toekomstbestendig zijn. Zilte teelten brengen nieuwe eiwitrijke plantaardige producten die toekomstbestendig zijn op de markt. Stimuleer liever dergelijke ontwikkelingen, dan is het geld beter besteed.

Samenvattend zien wij graag onze input terug in de bestuurlijke reactie. Bij de kaders voor het waterpeil dient functie volgt peil de norm te zijn en bij de verzilting zou meer ingezet moeten worden op de ontwikkeling van zilte teelten, een beter alternatief dan een dure bestrijding daarvan met een geringe succesfactor.

Tot zover mijn bijdrage. Dank u voorzitter

Suzanne van Wylick

Fractievoorzitter AB-lid Partij voor de Dieren Wetterskip Friesland